Van ervaring naar veerkracht: TALim in de ogen van schepen Anniek Nagels

Talentontwikkeling staat al jaren hoog op de agenda van de stad Genk. Met een diverse jongerenpopulatie en een groeiende behoefte aan toekomstgerichte ondersteuning investeert de stad bewust in initiatieven die jongeren kansen geven om hun talenten te ontdekken én te versterken. Eén van die projecten is TALim.

We gingen in gesprek met Anniek Nagels, schepen van Talentontwikkeling in Genk, over de plaats van TALim binnen het stedelijke beleid, de impact die ze ziet bij jongeren en scholen, en waarom ervaringsgericht leren zo belangrijk is. In dit interview deelt ze niet alleen haar visie op talentontwikkeling, maar ook haar persoonlijke ervaringen en haar hoop voor de volgende generatie.

1.    Wat spreekt u persoonlijk het meest aan in TALim?

“Wat mij het meest aanspreekt aan TALim is de effectieve ervaring die jongeren opdoen door in direct contact te komen met het werkveld. Ze mogen zelf voelen wat het betekent om in een beroep te staan. Dat interactieve, ervaringsgerichte aspect vind ik bijzonder waardevol.”

Ze benadrukt hoe belangrijk het is dat jongeren een realistisch beeld krijgen.
“Er wordt veel over beroepen gepraat, maar jongeren hebben vaak een vooraf gevormd idee. TALim bevestigt of ontkracht dat. Die ervaring brengt helderheid, motivatie en zelfinzicht.”

3.    Had u zelf in uw jeugd iemand die uw talent zag of stimuleerde?

 “Ik heb niet één iemand die mijn talent bepaald heeft. Soms helpt een leerkracht je een stukje vooruit, maar vooral mijn ouders hebben me veel vrijheid gegeven om nieuwe ervaringen op te doen.”

Die vrijheid speelde een grote rol in haar eigen ontwikkeling.
“Ouders creëren kansen, brengen en halen hun kinderen, en benoemen waar ze goed in zijn. Dat vormt talentontwikkeling vanaf de basis. Daarom vind ik het zo sterk dat TALim ook met ouders werkt. Het traject betrekt hen mee in het proces en dat is essentieel. Jongeren kunnen groeien wanneer hun ouders achter hen staan, hen stimuleren en mee ondersteunen in hun keuzes. Dat maakt TALim alleen maar krachtiger.”

3.    Waarom past TALim goed binnen het Genkse jeugd- en talentbeleid?

“In Genk werken we met vier talentdomeinen: artistiek, sociaal, sportief en technologisch. We willen dat kinderen daar zo vroeg mogelijk mee in aanraking komen. TALim sluit daar perfect bij aan: jongeren proeven drie jaar lang van verschillende beroepen en talenten, waardoor duidelijk wordt waar hun sterktes liggen.”

Daarnaast wijst ze op de brede samenwerking.
“TALim werkt ervaringsgericht, met Limburgse vrijwilligers die hun beroepseer delen. Je hebt de alumniwerking en de betrokkenheid van ouders. Dat zijn grote troeven.”

Ook beleidsmatig past TALim volledig in de visie van de stad.
“We willen inzetten op duurzame projecten, niet op versnippering. TALim is een traject dat kan verdiepen en verbreden. We bereiken nu 120 jongeren, maar er zijn er veel meer mee gebaat. De (lokale) overheid, de samenwerking met economische partners en de Universiteit Hasselt vormen samen een triple helix die zorgt voor verankering en draagkracht.”

4.    Wat hoopt u dat jongeren meenemen uit hun tijd bij TALim?

“Ik hoop dat jongeren de liefde van hun leven ontdekken op het gebied van talent of werk, en dat ze zichzelf beter leren kennen.”

Daarnaast ziet ze de kracht van het netwerk dat jongeren opbouwen.
“Ze staan drie jaar lang met 35 à 40 jongeren samen. Dat schept een band. En hopelijk vinden ze een rolmodel dat hen stimuleert wanneer doorzettingsvermogen nodig is. Via de alumniwerking kunnen we hen daarin blijven ondersteunen.”

Volgens haar geeft TALim jongeren niet alleen talentontwikkeling, maar ook toekomstperspectief en hoop, iets dat in deze tijd noodzakelijk is.

5.    Als u TALim met één woord zou moeten samenvatten, welk woord en waarom?

“Veerkracht. TALim versterkt jongeren en brengt iets in beweging. Maar het staat ook voor veerkracht bij begeleiders, die voortdurend uitgedaagd worden.”

Die veerkracht is volgens haar ook essentieel voor de samenleving.
“Onze wereld verandert snel. We moeten jongeren wapenen zodat ze mentaal en praktisch klaarstaan voor de uitdagingen van de toekomst.”

6.    Hebt u tot slot een boodschap voor jongeren én voor de begeleiders en partners van TALim?

“Niet geschoten is altijd misgeschoten. Ik zou jongeren willen uitdagen om het traject toch eens te proberen. Je komt op plekken waar je anders nooit zou komen, of misschien pas veel later, maar dan als bewuste keuze. TALim helpt je om dat te ontdekken.”

Ze benadrukt ook het belang van alle mensen die TALim mogelijk maken.
“Ik ben heel dankbaar voor de partners en de begeleiders. Ze investeren hun vrije tijd in onze ‘young potentials’ en begeleiden hen zodat zij van betekenis kunnen zijn in onze samenleving. Hun inzet maakt dit traject mogelijk.”